maandag 31 januari 2011

première!

Theaterhotel Figi in Zeist. De laatste zondag van januari, een grijze namiddag. De feestelijke première van de documentaire Surabaya's hidden treasures over laat negentiende en vroeg twintigste eeuwse Nederlandse architectuur in Surabaya op Oost-Java. Een paar honderd gasten, kleurige kleding, karakteristieke koppen, vrolijke oneliners. Een kakofonie van hartelijke begroetingen, luide lachsalvo's, gefluisterde roddels.
   Er wordt op blozende wangen of over elkaars schouder gezoend, mensen lopen nog even snel dwars door de centrale hal om een verloren gewaande kennis in een verre hoek te begroeten. Gefascineerd volg ik deze rituele begroetingsdans met klapzoenen in het luchtledige.
   We worden uitgenodigd om in de filmzaal plaats te nemen. Mobieltjes worden - op verzoek - monddood gemaakt. Mét het licht dooft het enthousiaste gekwetter. Beelden van een miljoenenstad. Gamelanmuziek. In een aangenaam tempo glijdt de camera door gerestaureerde en halfgesloopte architectonische juweeltjes. De versleten marmeren vloer van een immense villa imponeert, mede door de cameravoering. Een verstofte kroonluchter lijkt traag te smelten. Vanaf de daken van een fraai onderhouden ziekenhuis plenst een tropische regenbui op de tegels.
   Mijn gedachten dwalen af. De ploeg die noest en gedreven drie jaar aan deze documentaire werkte, heeft als eerstvolgende grote klus het oog op mijn manuscript een hellehond van pluche laten vallen. Valt daar een pakkend docudrama van te maken? Welke inpact zal het boek trouwens hebben op de lezer? In december hadden we al een vraaggesprek voor de radio. Wat zal men straks schrijven? De afgelopen dagen heb ik de eerste afspraken met journalisten gemaakt. Hoe zal dat boek worden ontvangen? Op 11 februari verschijn ik in een talkshow van TV Gelderland. Morgen zal ik worden gebeld door een grote tv-maatschappij over eventuele deelname aan een mogelijke serie over transplantatie en donorschap. Op 7 februari draaien we een trailer voor You Tube...
   Op het enorme scherm verschijnt de aftiteling. Er zijn dankwoordjes. Er is applaus. Enorme boeketten  in plastic folie gewikkelde bloemen. Klaterend water gutst in stralen uit die fraaie bloemenhulde. Ik kijk naar de mensen op het podium. Hoe zal deze ploeg vaklui met mijn verhaal omgaan? De zaal stroomt leeg. Ik laat me meedrijven.
   Moe van het kijken en tevreden over het gebodene, leun ik in de hal tegen een pilaar, een glas bubbeltjes op een statafeltje voor me. Er wordt met fonkelende glazen vol prosecco getoast op de fraaie productie en geanimeerd gepraat over de prachtige filmbeelden en de schoonheid van architectonisch verval. Een aangeschoten dame trekt een tafelkleedje mèt kopjes èn glazen mee in haar wankele gang. Ik hoor flarden commentaar op het Rotterdamse Filmfestival ('Véél films, véél publiek!') en op het laatste boek van Grunberg ('Véél pagina's!').  
   Enkele meters verderop staat de regisseuse te praten met haar filmproducent, de geluidsman en een scenarioschrijfster. Straks zal ik me bij hen voegen. Nu praten ze nog over deze documentaire. Ik pak alvast mijn halfvolle glas. Een binnenkomertje om te proosten.
   Ik zal ze feliciteren met deze productie.